Bericht van Inlia: Niet meer bang hoeven zijn (als je een politieauto ziet)

Kent u haar nog? “Ik heb geluk”, zei de tengere, jonge Jeannie uit Congo in mei 2021, hoewel ze toen – na 9 jaar hier! – nog steeds geen verblijfsvergunning had. Steeds opnieuw bewees ze wie ze was en wat ze had doorgemaakt, steeds opnieuw had de IND een nieuwe reden om haar asielverzoek af te wijzen. Maar ze prees zich gelukkig met haar studie sociaal werk. Inmiddels heeft ze haar diploma. En: een verblijfsvergunning!

Sinds een paar dagen heeft ze het bericht: ze heeft asiel gekregen. “Ik kan het eigenlijk nog niet geloven”, zegt ze zacht. “Ik mag zijn.” Het ongeloof klinkt nog door in haar stem. Elf jaar lang leeft ze hier in onzekerheid. Iedere dag bezig met de basis van het bestaan, met overleven. Niet vooruit kunnen denken, geen plannen kunnen maken voor later. Afwachten wat er over je beslist wordt.

We publiceren haar verhaal in 2021 als voorbeeld van een wantrouwende overheid die asielzoekers bij voorbaat behandelt als leugenaars, regels rigide toepast en de menselijke maat vergeet: onrecht in het vreemdelingenrecht.

Bodyguards
Vanaf haar twintigste is ze hier. Gevlucht voor afgrijselijke geweldsuitbarstingen tegen haar groep, de Banyamulenge. Eerst geloven de Nederlandse autoriteiten niet dat ze Banyamulenge is. “Toen ik dat bewezen had, geloofden ze niet wat ik had meegemaakt.” Als de IND toch moet erkennen dat ze niet terug kan naar Oost-Congo, stelt de dienst dat ze wel in hoofdstad Kinshasa kan wonen. Want daar wonen wat Banyamulenge, met bodyguards.

Dat Jeannie die niet kan betalen, doet er kennelijk niet toe. INLIA helpt haar met het inschakelen van onderzoekers die over de situatie in Kinshasa kunnen rapporteren. Deze onderzoekers en ook de UNHCR oordelen dat Kinshasa geen veilige plek is voor een Banyamulenge vrouw alleen. Met deze verklaringen start ze een nieuwe procedure, en wint.

Verdoofd
Direct als ze het nieuws krijgt, belt ze met jurist Pieter van INLIA, “Maar eigenlijk geloofde ik het nog niet. Ik was verdoofd.” Als je al zo lang in stress leeft, is het gek als die ineens wegvalt. Ook heel raar: niet meer bang hoeven zijn als je een politieauto ziet. “Alles voelt anders, alles.” Je begint je af te vragen wie je nu bent, want stress en onzekerheid hebben je bepaald.

Ze heeft het nog niet eens gevierd.  Nog niet kúnnen vieren. Misschien straks, als ze het papiertje daadwerkelijk in handen heeft. Plannen maken, dat begint al wel te komen. Ze heeft nog nooit op zichzelf gewoond, nog nooit een eigen plek gehad. “Dat wil ik heel graag. Alles verwerken, tot rust komen.” En daarna aan het werk.

Ze zíen je
Dat diploma sociaal werk heeft ze niet voor niets gehaald. Jaren heeft ze zich erop verheugd om te kunnen werken. Jaren van doorzetten, knokken. En straks kan het: dagelijks mensen helpen. Anderen helpen om hun leven richting te geven, dat is wat ze wil. “Dat is toch prachtig?” Ze herhaalt het nog maar eens: “Straks kan het echt.”

Dertig jaar is ze, nu haar nieuwe leven eindelijk begint. “Maar ik hoef niet helemaal vanaf niks te beginnen! Ik ben zo blij met de mogelijkheden die ik kreeg: studie, stage, een netwerk om me heen.” Ze is INLIA heel dankbaar – niet alleen voor de hulp, de steun, het onderdak: “De mensen van INLIA zíen je, dát is het allerbelangrijkste.”

Klik hier om alle artikelen van Inlia te kunnen lezen.